Waar is de tijd dat we onze kinderen en kleinkinderen knuffelden en onze gedichten schreven in koffiebars? Waar is de tijd dat we met onze vrienden reisplannen maakten in bruine kroegen? Waar is de tijd dat ik de trein nam om mijn moeder te bezoeken en een reling of een stoel aanraakte zonder aan ontsmettende handgel te denken? Waar is de tijd dat iemand voor mij in de tram zat te hoesten en ik gewoon ‘gezondheid’ zei en lachte. Wat lijkt dat ineens lang geleden…
En toch is het vandaag lente en blijven we dromen van een wereld die mooier, beter en anders is. Zachter ook. Misschien komt die wereld door al onze dromen echt wel dichterbij?
Appelboom
Stel : de appelboom bloeit en de wind
verstrooit duizend witte blaadjes
in de omliggende tuinen en overal
waar ze de grond raken beginnen
appelbomen te bloeien en de wind
waait en verstrooit de witte blaadjes
onophoudend tot – een Hongaarse
rapsodie gelijk – de wereld althans
vanuit een baan om de aarde gezien
een witte, bloeiende appelboom gelijkt
Stel : de appelboom bloeit en de wind
uit: Peter Theunynck,
Recente reacties